Hockey scheidsrechters

Twee hockey scheidsrechters leiden de wedstrijd en passen daarbij de spelregels toe. Zij beoordelen als enigen of spelgebeurtenissen en handelingen van wedstrijddeelnemers sportief zijn en overeenstemmen met de regels (fair play). Alle spelers en wisselspelers en teambegeleiders staan tijdens een wedstrijd (ongeacht of zij binnen of buiten het speelveld zijn of tijdelijk of definitief van de wedstrijd zijn uitgesloten) onder het gezag van de hockey scheidsrechters.

De hockey scheidsrechters:

  1. zijn gedurende de gehele wedstrijd (en zonder van veldhelft te wisselen) als eerste verantwoordelijk voor beslissingen op hun eigen helft van het speelveld.

  2. moeten zorgen dat de vastgestelde wedstrijdtijd wordt gespeeld en dat een strafcorner aan het eind van een wedstrijdhelft wordt uitgespeeld.

  3. zijn elk voor zich verantwoordelijk voor beslissingen rond het buiten het speelveld zijn van de bal voor de gehele lengte van de voor hen dichtsbijzijnde zijlijn en achterlijn.

  4. zijn elk voor zich verantwoordelijk voor beslissingen betreffende lange corners, strafcorners, strafballen en doelpunten voor hun helft van het speelveld alsmede voor vrije slagen in hun cirkel.

  5. houden aantekening van gemaakte doelpunten en opgelegde persoonlijke straffen (groene, gele, rode kaarten).

  6. onthouden zich gedurende de wedstrijd, de rust inbegrepen, van het geven van speeladviezen aan spelers.

(KNHB): Als scheidsrechters (vrijwel) gelijktijdig fluiten, is de beslissing voorbehouden aan de scheidsrechter aan wiens zijde van de middenlijn het voorval gebeurde.

Hockey scheidsrechters moeten fluiten:

  1. voor het begin en het einde van iedere helft van de wedstrijd.

  2. om een straf op te leggen.

  3. om het nemen van een strafbal en het einde daarvan aan te geven.

  4. om zo nodig aan te geven dat de bal geheel buiten het speelveld is geraakt.

  5. om aan te geven dat een doelpunt is gemaakt.

  6. om het spel te doen hervatten na het maken of toekennen van een doelpunt.

  7. om het spel te hervatten na een strafbal die niet tot het maken of toekennen van een doelpunt heeft geleid.

  8. om het spel te onderbreken indien daar reden toe is en het te doen hervatten na zo'n tijdelijke onderbreking.

Terug naar overzicht